Ervaring van Antoinette

DEELTIJDBEHANDELING

Toen ik me voor het eerst aanmeldde bij Novarum, dacht ik zelf dat een paar sessies met een psycholoog, eventueel gevolgd door een korte periode groepstherapie, genoeg moesten zijn om mij van mijn anorexia te genezen. Ik had het mis, zo ontdekte ik al snel. Maar al duurde het uiteindelijk veel langer, was er beduidend intensievere therapie nodig én zal ik de komende jaren nog hard moeten werken om beter te worden én te blijven, het lukte wel.

TEGENVALLER

Met dank aan de deeltijdbehandeling. Want dat is waar ik belandde, na een periode van individuele therapie, gevolgd door de ANBN-groep*. Dat ik aan het einde van de drie maanden die de groep duurde het advies kreeg een meer intensief behandeltraject te volgen, was een tegenvaller. Ik wilde helemaal geen twee dagen in de week in therapie, laat staan dat ik uitkeek naar het feit dat de behandeling grotendeels in groepsverband gegeven zou worden.

WARM BAD

Maar ik had niets te verliezen, dus ik startte toch. Met in mijn achterhoofd het idee dat ik altijd weer kon stoppen als het echt niet zou bevallen. Al snel bleek dat dat nergens voor nodig was. De deeltijd was een warm bad: een groep van acht vrouwen die weliswaar allemaal hun eigen problemen hadden – zo volgen zowel vrouwen met anorexia als met boulimia de deeltijdtherapie – maar elkaar tegelijkertijd heel erg goed snapten. Die steun en dat begrip maakten alles beduidend makkelijker. Beter worden is namelijk niet alleen moeilijk, het is ook best eng.

WEEGSCHAAL

Een week in de deeltijd start altijd op de weegschaal. Voor degenen die ondergewicht hebben, is het de bedoeling dat ze elke week een paar ons aankomen. Iedereen die een gezond gewicht heeft, wordt in de gaten gehouden om te kijken of daar niet te veel veranderingen in op treden. Daarna volgt, verdeeld over twee dagen, een breed scala aan verschillende therapieën.

EETDAGBOEK

Zo is er cognitieve therapie: bedoeld om irrationele gedachten over eten en je gewicht op te sporen en uit te dagen. Ik vond bijvoorbeeld bijna alle etenswaren ‘overbodige calorieën’, dus oefende ik daar gedurende de week extra mee. Daarnaast vormen eetregistratie en –educatie een belangrijk onderdeel van het programma. Bij eeteducatie worden allerlei feiten en fabels over voedsel, diëten en lichaamsgewicht behandeld. Registratie richt zich op het bespreken van ieders eetdagboek: om goed bij te houden wat je gedurende de week eet – zowel voor jezelf als voor de therapeuten – schrijft iedereen elke dag alles op.

WAP

Een ander vast weekonderdeel is lichaamsbeleving. Dat was voor mij misschien wel het belangrijkste uur van de week, omdat het erop gericht is om een positiever en realistischer beeld van je eigen lijf te krijgen. Bovendien is er WAP, waarbij wordt gekeken welke situaties uit het verleden er ten grondslag liggen aan je probleem en op welke manieren je daar nu nog tegenaan loopt. PMT (een lichaamsgerichte therapievorm) en de weekopening en weekendvoorbespreking – gericht op het voor- en nabespreken van zaken die goed gingen of juist lastig waren in de dagen dat je niet op de kliniek was – maken het rijtje af. Daarnaast wordt er natuurlijk veel aandacht besteed aan eten. Door gezamenlijk te lunchen, waarbij een keer per week iets wordt geoefend wat iemand moeilijk vindt om te eten. Door met zijn allen tussendoortjes te eten, waarvoor hetzelfde geldt. En door de eerste acht weken van het programma een avond per week met de groep te eten.

GROEPSGENOTEN

Waar ik tijdens het half jaar therapie vermoedelijk het allermeest aan heb gehad, is de groep. De andere cliënten begrepen altijd wat ik bedoelde. Ze staken me een hart onder de riem als het eens wat minder goed ging. En ook buiten de therapiedagen kon ik bij ze terecht als ik het moeilijk had.

STERK

Inmiddels ben ik een tijdje klaar met de deeltijd. In vergelijking met de periode daarvoor ben ik bijna 13 kilo aangekomen. Van veel lichamelijke klachten die ik door mijn ondergewicht had, heb ik nu nauwelijks meer last. Maar veel belangrijker is dat ik nu snap waarom ik bepaalde dingen doe en sommige keuzes maak. En dat ik weet dat ik veel sterker ben dan ik dacht en meer dan het label ‘anorexia’. Ik kan beter worden. Met een klein beetje hulp zo hier en daar.

* Deze vorm van groepsbehandeling wordt niet meer aangeboden. Wil je weten welke behandelingen Novarum wel biedt voor anorexia, lees dan verder bij behandelaanbod bij anorexia.